Voorstoelen en achterstoelen (5 zitplaatsen)

De voorstoelen verstellen

Het ontwerp kan variëren.

Warning IconA warning icon, calling your attention to a possibly risky situation
Let op!
Zet de rugleuning van een voorstoel niet volledig naar voren wanneer de stoel ook volledig naar voren is gezet. Anders kan de bovenkant van de stoel tegen de zonneklep slaan en deze beschadigen.
Warning IconA warning icon, calling your attention to a possibly risky situation
Attentie
Voordat u een voorstoel verstelt, dient u te controleren of de omgeving van de stoel vrij is van obstakels (personen en voorwerpen).
Warning IconA warning icon, calling your attention to a possibly risky situation
Attentie
Verstel de stoelen niet onder het rijden. Dit vergroot de kans op een aanrijding.
Warning IconA warning icon, calling your attention to a possibly risky situation
Attentie
Rijd niet met de auto als de rugleuning van de stoel achterover gekanteld is. Dit is gevaarlijk en kan ernstig letsel veroorzaken als u bij een aanrijding onder de gordel doorschiet. Zorg dat de rugleuning van de stoel onder het rijden nooit meer dan 30 graden achterover gekanteld is.

De stoelknoppen gebruiken

Alleen van toepassing op voorstoelen met knoppen aan de zijkant.

  1. Zet de stoel naar voren/achteren en verstel de hoogte en hellingshoek van de stoel.
  2. Rugleuning verstellen.
  3. Lendensteun verstellen (bestuurdersstoel).

Om de passagiersstoel voorin te verstellen met het touchscreen, tikt u op Bediening > Stoelen en gebruikt u de pijlen naast de afbeelding van de passagiersstoel voorin om de stoel naar voren of naar achteren te bewegen.

Touchscreen gebruiken

Alleen van toepassing op voorstoelen zonder knoppen aan de zijkant.

Om de voorstoelen te verstellen, tikt u op het stoelpictogram op de onderbalk of op Bediening > Stoelen. Gebruik het touchscreen om de bestuurders- en passagiersstoel te verstellen. De bestuurdersstoel kan ook worden versteld met het linker scrollwiel.

Stoelen kalibreren

U kunt de bestuurderstoel kalibreren. Dit is nuttig als de stoel naar uw mening niet ver genoeg kan worden versteld of wanneer uw bestuurdersprofiel niet automatisch de stoel voor u verstelt. Navigeer naar Bediening > Service > Kalibratie bestuurderstoel, stuur en spiegels en volg de instructies op het touchscreen.
Warning IconA warning icon, calling your attention to a possibly risky situation
Attentie
Tijdens de kalibratie mag zich niets achter of onder de stoel bevinden. Het negeren van deze aanwijzing kan tot ernstig letsel leiden.

Correcte houding

De stoel, de hoofdsteun, de gordel en de airbag vormen een combinatie die zorgt voor een optimale veiligheid. Een juist gebruik geeft een maximale bescherming.

Stel de stoel zo in dat u de veiligheidsgordel goed kunt dragen en u zo ver mogelijk van de airbag zit:

  1. Ga rechtop zitten met beide voeten op de vloer en met de rugleuning in een rechtopstand.
  2. Zorg dat u goed bij de pedalen kunt en dat uw armen iets gebogen zijn als u het stuur vastpakt. De afstand tussen borst en het midden van de airbag moet minstens 25 cm bedragen.
  3. Leg de schoudergordel midden over uw schouder, zorg dat uw nek vrij blijft. Leg de heupgordel strak over de heupen, niet over uw buik.

Model Y stoelen hebben ingebouwde hoofdsteunen voorin die niet versteld of verwijderd kunnen worden.

Stoelen op de tweede zitrij verstellen en neerklappen

Model Y bied plaats aan maximaal drie passagiers op de tweede zitrij. De rugleuning is 60/40-deelbaar, dus als de linker stoel wordt versteld, worden de zowel de stoel links als in het midden bewogen en als de rechter stoel wordt versteld, beweegt alleen de rechter stoel.

Warning IconA warning icon, calling your attention to a possibly risky situation
Let op!
Zorg er voordat u een stoel volledig neerklapt voor dat de veiligheidsgordel is losgemaakt en dat zich geen voorwerpen op de stoel of in de voetenruimte bevinden. Zorg dat de veiligheidsgordels niet achter de rugleuning blijven hangen als u de stoel opklapt.
Informational PurposesAn informational icon, calling your attention
Opmerking
Als u rijdt met naar voren geklapte stoelen op de tweede zitrij is mogelijk meer geluid en/of trilling waarneembaar vanuit de achterkant van de auto (achterbak, wielophanging, etc.).
Warning IconA warning icon, calling your attention to a possibly risky situation
Attentie
Wanneer u de stoel in het midden neerklapt, moet u lichaamsdelen (handen, vingers, etc.) en voorwerpen uit de buurt van de randen van de achterstoelen houden. De stoel kan met kracht naar voren klappen en letsel of schade veroorzaken.

Aan/uit-schakelaars gebruiken

U kunt de stoelen op de tweede zitrij met een van de volgende methodes voor stoelen met aan/uit-schakelaars verstellen.

  • Druk op de schakelaar aan de buitenzijde van een stoel. Als u alleen de stoel in het midden wilt neerklappen, trek dan aan de hendel aan de achterzijde van de stoel in het midden.
  • Gebruik de bedieningselementen op het touchscreen voorin (Bediening > Stoelen ).
  • Gebruik de bedieningselementen op het touchscreen achterin (tik op het stoelpictogram).
  • Druk op de schakelaar in de achterbak.

De schakelaar aan de zijkant van elke buitenste zitplaats heeft twee standen en werkt op verschillende manieren, afhankelijk van of u in de stoel zit.

Verstel de rugleuning terwijl u op de stoel zit, door de schakelaar vooruit (1) of achteruit (2) ingedrukt te houden totdat de rugleuning in de gewenste stand staat.

Als u niet op de stoel zit, kunt u de schakelaar volledig indrukken en loslaten om de stoel automatisch in te klappen (1) of automatisch op te klappen (2). Druk kort op de schakelaar om de stoel met kleine stappen te verstellen.

Informational PurposesAn informational icon, calling your attention
Opmerking
Wanneer u de kinderstoelvergrendeling inschakelt via het touchscreen voor, kunt u de achterstoelen niet achterover kantelen of neerklappen met de schakelaar aan de zijkant van elke buitenste achterstoel of het touchscreen achter (zie Kindersloten).

Om lange voorwerpen (zoals ski's) achter in de Model Y te vervoeren, kan de middelste rugleuning ook afzonderlijk naar voren worden neergeklapt. Trek aan de hendel aan de achterkant van de rugleuning om de rugleuning te vergrendelen en trek de leuning vervolgens naar voren.

U kunt de rugleuningen op de tweede zitrij ook volledig naar voren neerklappen door op de betreffende schakelaar links in de achterbak te drukken. Druk opnieuw op de schakelaar om de stoel weer op te klappen.

Ontgrendelingsriemen gebruiken

Om de stoelen op de tweede zitrij achterover te kantelen, trekt u aan de ontgrendelingsriem, indien aanwezig, op het kussen van elke buitenste stoel en drukt u de stoel terug in een van de vier kantelstanden terwijl u de riem loslaat.
Warning IconA warning icon, calling your attention to a possibly risky situation
Let op!
Controleer of de achterstoel op zijn plaats is vergrendeld voordat u gaat rijden.

Om de stoel neer te klappen, trekt u aan de ontgrendelingsriem op het kussen van elke buitenste stoel en laat u de stoel neer terwijl u de riem loslaat. Mogelijk moet u de stoel iets aandrukken bij het neerklappen. Om de stoel weer omhoog te klappen, trekt u deze omhoog tot vergrendeling. Trek de rugleuning even naar voren toe om te controleren of deze goed vastzit.

Om toegang te krijgen tot de armleuning op de tweede rij met bekerhouders of om lange voorwerpen te vervoeren, kan de middelste rugleuning ook afzonderlijk naar voren worden geklapt. Trek aan de ontgrendelingsriem naast de middelste hoofdsteun en laat de middelste rugleuning zakken.

Warning IconA warning icon, calling your attention to a possibly risky situation
Attentie
Klap de stoelen alleen neer als de tweede rij niet bezet is, omdat de stoel met kracht naar voren kan zwenken en letsel of schade kan veroorzaken. Houd lichaamsdelen (handen, vingers, etc.) en voorwerpen uit de buurt van de randen van de achterstoelen.
Informational PurposesAn informational icon, calling your attention
Opmerking
Verwijder altijd alle voorwerpen van de stoel voordat u deze neerklapt en zorg ervoor dat alle veiligheidsgordels zijn losgemaakt.

Hoofdsteunen

De voorstoelen zijn voorzien van geïntegreerde hoofdsteunen die u niet kunt verstellen.

De buitenste zitplaatsen op de tweede zitrij zijn voorzien van verstelbare hoofdsteunen die kunnen worden verhoogd, verlaagd of verwijderd. Als een van deze stoelen wordt bezet door een passagier die niet in een kinderzitje zit, moet de bijbehorende hoofdsteun worden afgesteld (het midden van de hoofdsteun uitlijnen met het midden van het hoofd van de inzittende) en op zijn plaats worden vergrendeld. Om de hoofdsteun te verhogen, tilt u deze omhoog totdat u hoort dat de vergrendeling vastklikt. Om de hoofdsteun omlaag te zetten, houdt u de knop in de onderkant van de stang ingedrukt terwijl u de hoofdsteun omlaagdrukt.

De middelste stoel op de tweede rij is uitgerust met de optie om de hoofdsteun hoger te zetten. De hoofdsteun, die eerst in de rugleuning van de stoel is opgeborgen, is toegankelijk door deze omhoog te trekken. Als de stoel wordt bezet door een passagier die niet in een kinderzitje is geplaatst, moet de hoofdsteun altijd omhoog worden gezet en in deze stand worden vastgezet (zodat het midden van de hoofdsteun is uitgelijnd met het midden van het hoofd van de inzittende).

Warning IconA warning icon, calling your attention to a possibly risky situation
Attentie
Als u op de tweede zitrij een kinderzitje installeert, moet u de hoofdsteun verlagen.

Om de hoofdsteun in de middelste stoel van de tweede rij op te bergen, houdt u de knop op de stang ingedrukt en duwt u de hoofdsteun volledig omlaag.

Warning IconA warning icon, calling your attention to a possibly risky situation
Attentie
Om het risico van ernstig of dodelijk letsel bij een aanrijding tot een minimum te beperken, moet u ervoor zorgen dat de hoofdsteunen goed zijn geplaatst voordat u gaat rijden.

Een hoofdsteun verwijderen/plaatsen

Alle hoofdsteunen op de tweede zitrij kunnen worden verwijderd. Een hoofdsteun verwijderen:

  1. Zet de hoofdsteun volledig omhoog door deze omhoog te trekken.
  2. Houd de knop aan de onderkant van één van de stangen ingedrukt.
  3. Steek een kort, plat voorwerp (zoals een kleine schroevendraaier met platte kop) in de opening in de onderkant van de tegenoverliggende stang en trek de hoofdsteun omhoog.

Om de hoofdsteun weer terug te plaatsen:

  1. Steek beide stangen in de overeenkomstige openingen van de rugleuning met de voorzijde van de hoofdsteun naar voren gericht.
  2. Druk de hoofdsteun naar beneden totdat de vergrendeling vastklikt.
  3. Trek aan de hoofdsteun om te controleren of deze goed vastzit.
Warning IconA warning icon, calling your attention to a possibly risky situation
Attentie
Controleer of de hoofdsteun correct is geïnstalleerd voordat u iemand laat plaatsnemen. Het negeren van deze aanwijzing kan bij een aanrijding leiden tot ernstig letsel, in sommige gevallen zelfs met dodelijke afloop.

Stoelverwarming (indien uitgerust)

De voorstoelen en buitenste zitplaatsen op de tweede zitrij werken met 3 standen (1 = laagste stand, 3 = hoogste stand). Zie Climate control bedienen voor de bediening van de stoelverwarming.

Warning IconA warning icon, calling your attention to a possibly risky situation
Attentie
Om verbranding bij langdurig gebruik te voorkomen, moeten mensen met aandoeningen aan het zenuwstelsel of een verminderde gevoeligheid voor pijn vanwege diabetes, leeftijd, neurologische problemen enz. extra voorzichtig zijn bij het gebruik van de climate control en de stoelverwarming.

Stoelhoezen

Warning IconA warning icon, calling your attention to a possibly risky situation
Attentie
Gebruik geen stoelhoezen op een voorstoel. Deze kunnen bij een aanrijding de goede werking van de zijairbags in de stoelen verstoren.